Preek – 20-12-2009
Vraag
Stel je een winkelstraat in Kerstsfeer voor.
De Kerstverlichting brandt al. De etalages zijn schitterend verlicht. Er klinkt liefelijke Kerstmuziek uit de luidsprekers: “the most beautiful time of the year”. Het is gezellig druk op straat. Voor je uit zie je een oploopje, ineens schijnt er het felle licht vanuit een cameraploeg in je gezicht en je hoort een stem die je vraagt: “ Wat gaat u doen met Kerst?” Nou denk je, dáár kan ik wel wat over vertellen, en je geeft ze een korte beschrijving van je plannen de komende dagen. Opnieuw klinkt een vraag: “wat betekent Kerst voor je?” Nou daar weet je ook nog wel antwoord op en je vertelt ze over de geboorte van Jezus. En dan: “Maar wat betekent dit kind deze Kerst dan nog voor je?”
Wat zou je dan zeggen? Dat is de vraag die ik vanmorgen in jullie midden wil leggen. Ik wil die vraag: die van de betekenis van het kind Jezus deze Kerst belichten vanuit het gezichtspunt van Jozef en Maria en uit dat van Simeon en Hanna.
De verwachting van Jozef en Maria
Maria had een groot vertrouwen in de Heer laten zien, toen ze Hem zei: ‘laat er maar gebeuren wat U wilt! Het contrast met haar veel oudere oom Zacharias laat dat goed zien. Hij kon dat niet zomaar en had veel langer bedenktijd nodig voordat hij zich kon overgeven. Vraagje: in wie kun je jezelf beter verplaatsen in Maria of in haar oom Zacharias?
Maria mocht zich dan aan haar God toevertrouwd hebben, weet ze nu ook wat ze kan verwachten? Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen, (Luk 1:48 NBV), klinkt het in haar lofzang. En inderdaad maakt ze bijzondere ontmoetingen mee. Haar aanstaande man Jozef krijgt de boodschap óók van de engel. En vlak na de geboorte van Jezus komen er herders kijken, die weten waar ze moeten zoeken en die hebben de boodschap óók gekregen.
En zouden de wijzen al geweest zijn? Of moeten die nog komen?
Om haar heen – om haar kind heen- komen mensen in beweging en de meesten heeft ze nog nooit eerder gezien. Da’s bijzonder: die boodschap blijft maar klinken: jouw zoon is de Redder!
Maar wat mag ze daarvan nu voor zichzelf verwachten? Rijker is ze er niet van geworden –de wijzen zijn vast nog niet op bezoek geweest!- want Jozef en zij kunnen hier bij de tempel niets anders dan het offer van de armen brengen [Lev. 12,6-8]. Zij moeten elke sjekel omkeren voor hun dagelijkse bestaan.
Maar ze blijven wel bijzondere mensen ontmoeten, die steeds weer met dezelfde boodschap komen lijkt het wel. Hier is het een zekere Simeon.
En weer horen ze hetzelfde: met dit kind heb ik de redding gezien! [30]. Redding niet alleen voor Israël, maar zelfs voor de goijim, de heidenen [32]. Keer op keer hoort Maria die eerste belofte bevestigen, een belofte die niet alleen redding voor Israël betekent maar zelfs voor de hele wereld. Stel je dit vanuit Maria’s gezichtspunt voor: van alle kanten komt dezelfde boodschap op haar af. Voor twijfel is geen plaats meer zou je denken.
Maar dat Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen, draait vooral om haar zoon. Want al is het een prachtige belofte, er verandert voor haar niet veel.
Wat mag Maria verwachten, vroeg ik zonet? Nou, dit is geen prinsessenverhaal. Arm meisje wordt koningin. Over haar kind worden grootse dingen gezegd, dat is waar! Maar het zijn niet alleen toejuichingen, dat wordt nu ineens duidelijk. De geschiedenis van haar Zoon is er ook één van twist tussen partijen en van een gevecht om de macht. Diezelfde Simeon, die zo enthousiast getuigt van het kind in zijn armen dat hij daarmee de redding gezien heeft, voegt daaraan toe in een persoonlijke boodschap voor Maria.
'Weet wel dat velen in Israël door hem ten val zullen komen of juist zullen opstaan. Hij zal een teken zijn dat betwist wordt, (Luk 2:34 NBV) (…)Zo zal de gezindheid van velen aan het licht komen.' (Luk 2:35 NBV) .
Haar Zoon betekent niet alleen heil, maar ook onheil. Hij zal niet zomaar als Koning geaccepteerd worden. Met zijn komst ontstaat er een strijd om de macht. Israël wordt eerst een verdeeld koninkrijk, velen willen niet bij het Koninkrijk van God horen. En zij die niet willen, gaan ten onder.
De harten van Israël gaan niet zomaar open voor de Messias, het zal blijken bij wie je hoort: je bent of vóór Hem of tegen Hem. Israël wordt niet vanzelfsprekend gered, en de wereld ook niet: het moet nog maar blijken bij wie je wilt horen.
Het zal gaan zoals in iedere oorlog: dan blijkt uit wat voor hout je gesneden bent.
En Maria, vervolgt Simeon, je zult daar zelf niet buiten kunnen blijven.
zelf zult u als door een zwaard doorstoken worden. (Luk 2:35 NBV). Maria, in dat gevecht raak je emotioneel diep gewond.
Wat mag Maria verwachten? Strijd, verdriet, pijn en dan pas de overwinning.
Véél later! Tijdens haar hele leven heeft ze alleen maar veldslagen meegemaakt. Soms tegenslagen, soms overwinningen. Maar de eindoverwinning moet nog komen.
Voor Maria gold dat op een bijzondere manier. Voor ons, die ook wachten op de eindoverwinning is dat niet anders…
Wat mogen wij verwachten? Dezelfde strijd! Want die is nog niet afgelopen.
In de tegenstellingen rond Jezus moet je overtuiging duidelijk worden: sta ik met Hem op of val ik over Hem mijn ondergang tegemoet. Net als Maria zullen velen van ons in die strijd emotioneel diep gewond raken.
Kerst is niet het sprookje dat wij er vaak van maken en ook niet de aankondiging daarvan, het is het begin van de oorlog om het Koninkrijk van God. En die oorlog is nog steeds gaande en ieder van ons moet daarin partij kiezen. Pas wanneer Jezus terugkomt is dat gevecht voorbij… en bij wie hoor je dan? Bij de gevallenen of bij hen die met de Heer Jezus opstaan…
Het is eigenlijk heel anders dan wij het vaak beleven: Pasen is het feest van de overwinning, Kerst dat van het begin van de strijd!
De verwachting van Simeon en Hanna
En dat zie je terug in de levens van Simeon en Hanna. Twee bijzondere mensen in Gods Koninkrijk! En zij hebben gezien wat wij zo graag zouden zien! O ja. Dat maakt ze bijzonder. Ook hoe ze door de Heilige Geest naar de tempel gedreven worden[27]. Nou ja, Simeon dan. Hij was één van die bijzondere mensen op wie de Geest rustte [25], vóór dat dit gewoon was voor gelovigen. En dat zet hem ook in het rijtje van Elisa, Elia en Johannes. En Hanna was een profetes [36], dus moet de Geest ook wel op háár gerust hebben. Speciaal volk.
Maar, moeten we ze ook weer niet zo speciaal maken, dat wij ons niet aan hen spiegelen kunnen…
Want wat hier gebeurt is bijzonder: de Heer God gebruikt ze en zet in met een bijzondere missie voor Jozef en Maria en voor ‘allen die uitzagen naar de bevrijding van Jeruzalem’ [38] Dat was kennelijk een hele groep.
En toch kon God ze ook inzetten omdat ze bij wijze van spreken al klaar stonden. Lees maar eens met me mee. Die Simeon was al een rechtvaardig en vroom man [25] (hé dat is hetzelfde als er van de priester Zacharias gezegd werd), die uitzag naar de tijd dat God Israël troost zou schenken...
Uitzag, dit is geen man die zijn tevreden leventje leefde en toen ineens overvallen werd door een boodschap van de Geest dat hij niet zou sterven voordat hij de Messias gezien zou hebben. Volgens mij moet je het anders lezen: dit is een man die vol zat van onvrede omdat zijn Israël niet vrij was en haar inwoners zich meer en meer op een toekomst binnen het Romeinse Rijk gingen instellen. Een man die zich vastklampt aan de belofte van Messias, de belofte van betere tijden voor Israël. En die man, die al op de uitkijk staat, krijgt de belofte: ‘je zult niet sterven Simeon voordat je Hem met eigen ogen gezien hebt. En als hij Jezus ziet kan hij in vrede sterven. Volgens mij niet eindelijk sterven…wat hij was al stokoud. Wie wil er nou sterven? Nee, die vrede komt van de Messias, de redding, eer voor Israël, licht voor de heidenen. Zo kan hij, die ook nog moet sterven zoals wij allemaal – met de geboorte van Jezus is het heil er nog niet- tenminste wel in vrede sterven, want er is hoop en hoe!
Hij heeft het zelf mogen zien!
Net zoiets zie je in het leven van Hanna. Een hoogbejaarde vrouw na een moeizaam leven. Weduwen hadden in die tijd een moeilijk leven. Ik denk dat je moet lezen dat ze toen jaar 84 was en tot op die hoge leeftijd dus weduwe was. Na een kort huwelijk. En ik denk dat ze ergens in haar leven tot de overtuiging gekomen is dat ze – nee dat Israël- iets beters te verwachten had. Ze was naar de tempel gegaan en was er nooit weer weggegaan. En haar hele leven stond in het teken van die verwachting. Dag en nacht vasten en bidden in de tempel uit verlangen naar de komst van het Koninkrijk! Die felle verwachting van de Messias en van zijn Koninkrijk, dat is wat Simeon en Hanna delen en anderen met hen en die waren ook in de tempel [38] – Rembrand herkende Hanna…
Het zijn geen sombere mensen, dat zie je hier! Ze zijn juist vol hoop. Maar ze leggen zich niet neer bij de Romeinse bezetting en ook niet bij een goddeloze cultuur, ze klampen zich vast aan de belofte. Want dat wat er nog komen moet waarderen ze gewoon meer dat wat er nu is. Al kun je daar best in overleven… er is meer in het leven!
Jouw verwachting?
En dat brengt het bij ons! Vanmorgen lezen we de over komst van onze Heer Jezus op onze wereld. Een geschiedenis die we heel goed kennen en die nog steeds niet afgelopen. We wachten op zijn terugkomst. Want zijn komst betekende het begin van de oorlog om het Koninkrijk van God. Een oorlog die nog steeds voortduurt. Velen zijn over Jezus gevallen, gelukkig zullen ook velen met Hem opstaan. En we verlangen naar het einde van die oorlog.
En nog steeds leven we in de hoop van de vervulling van het Koninkrijk. Daarmee worden we geen sombere mensen, maar wel ‘hongerige en dorstige’ mensen… Toch… Of heb je je aangepast bij de bezetter?
Broers en zussen, herken je jezelf in Simeon en Hanna? In hun hoop? In hun felle verwachting van het Koninkrijk? In hun vasten en bidden?
Herken je jezelf in die meisjes die wachten op de komst van de bruidegom? En hun lampen aan hielden. Hij kon eens komen
Kun je niet wachten voordat het zover is? Is het je voortdurende bede aan God? Een reden om te vasten?
Wat betekent de komst van Jezus voor je? Hoe ziet je Kerstfeest er nu uit?
We zijn vaak heel erg druk met de voorbereiding van ons Kerstfeest. Ook bij ons thuis zijn we al weer bezig met het organiseren van de feestelijkheden.
Vraag! Zijn we ook zo nauwkeurig in het voorbereiden van onze ‘komst-van- Jezus-herdenking?”Of heb je die aan de kerk uitbesteed? Ik heb me voorgenomen daar dit jaar ook zelf over na na te denken. Tenminste zo nauwkeurig als over de inkopen, de kersboom en het eten. En ook mijn persoonlijke herdenking van Jezus te organiseren. Naast die in de kerk, steek ik ook mijn eigen kaarsje aan dit jaar en stel ik mezelf de vraag: ‘wat is de betekenis van Jezus’ komst voor mijn leven? Welke plaats heeft Hij in mijn toekomstverwachting? Is Hij de rots waarover ik struikel of de rots waarop ik bouw? Hoe heb ik dat het afgelopen jaar gedaan en hoe wil ik dit het komende jaar gaan doen?
Die hoop, die verwachting wil ik delen met Simeon en Hanna, en ook met Jozef en Maria. En dus zal ik ook wel delen in hun strijd en hun moeite.
Maar boven alles is er de hoop op Jezus, op zijn Koninkrijk.
Jezus is volwassen geworden en Hij komt weer terug.
Hoe zal Hij mij aantreffen?
Zal Hij geloof vinden?
Amen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten